width and height should be displayed here dynamically

Arshile Gorky: a retrospective

Drieënhalf jaar na de grote overzichtstentoonstelling rond Wassily Kandinsky, organiseert Tate Modern nu een vergelijkbare retrospectieve over een andere grootheid van de vroege twintigste eeuw: Arshile Gorky. Deze kunstenaar geniet wellicht een grotere bekendheid in de Verenigde Staten dan in Europa. Na zijn emigratie van Armenië naar de VS in 1920, bouwde hij in New York zijn carrière op. Hij groeide mettertijd uit tot een sleutelfiguur in de ontwikkeling van de moderne Amerikaanse schilderkunst, maar maakte een eind aan zijn leven in 1948. Zijn overlijden komt amper een jaar voor de publieke doorbraak van het abstract expressionisme, een ontwikkeling waardoor Arshiles collega’s en vrienden (Pollock, de Kooning of Rothko), en de New Yorkse artistieke scene in het algemeen, plots het epicentrum van de moderne kunstwereld vormden. Dit maakte Gorky tot een soort founding father van de Amerikaanse artistieke onafhankelijkheid. Niet toevallig is de huidige retrospectieve opgezet door het Philadelphia Museum of Art en reist ze na Londen verder naar het MOCA in Los Angeles.

De expo in Tate Modern herinnert op verschillende punten aan de Kandinsky-tentoonstelling die hier enkele jaren geleden doorging. De meest opmerkelijke overeenkomst ligt in de formele elementen bij beide schilders, in de manier waarop ze geleidelijk een abstracte schilderstaal opbouwden. Gorky’s Woman with a Palette of zijn serie Nighttime, Enigma & Nostalgia toont hoe hij figuratieve elementen vertaalt in een compositie van abstracte vlakken met een eigen kleur of oppervlaktebehandeling. In zijn schilderijen van enkele jaren later vervliedt de kleur geleidelijk uit dit soort vlakken. De doeken worden vaak opgevat als composities van impulsieve zwarte contouren en lijnen met hier en daar een kleurvlek in verdunde verf. Het is een formele evolutie die bij momenten dicht aanleunt bij wat hier enkele jaren geleden van Kandinsky getoond werd. In New York verdiepte Gorky zich uitgebreid in de werken van moderne Europese schilders die er getoond werden, en het is geen geheim dat deze voor hem een grote inspiratiebron waren. Hoewel hij de meeste van de Europese schilders nooit ontmoet had, verwees Gorky vaak naar Picasso en Kandinsky alsof het goede kennissen betrof en ontwikkelde hij een bijna obsessieve relatie met sommige van hun werken door bepaalde thema’s ervan verder uit te werken.

Naast deze obsessieve dialoog met fictieve gesprekspartners, ontwikkelde Gorky ook een vergelijkbare conversatie met zijn eigen afkomst en levensloop. Vaak nam hij een loopje met de waarheid. Hij beschouwde zijn levensverhaal als een soort vrije compositie waaraan hij naar eigen goeddunken dingen toevoegde, niet in de laatste plaats om zijn persoon interessanter te maken. Hij nam de naam Gorky aan met de suggestie dat hij familie was van de gelijknamige schrijver. Hij stelde dat hij tot de Parijse kunstscene had behoord, hoewel hij nooit zelfs maar in Europa was geweest. Hij verbeeldde in zijn schilderijen erg idyllisch aangezette taferelen uit zijn allesbehalve makkelijke jeugd. Een aantal zalen in de tentoonstelling is hieraan gewijd: Image in Khorkom, Garden in Sochi of de opmerkelijk figuratieve serie schilderijen van Gorky en zijn moeder. Deze werken combineren telkens de abstractie uit zijn fictieve dialogen met Europese schilders, met nostalgische elementen uit zijn al even virtuele herinneringen. Veel van deze werken namen jaren in beslag en werden telkens voorafgegaan door talloze studies om een uitgebalanceerd, maar uitgesproken sentimenteel verhaal te creëren.

Deze manie om te herwerken leidde ertoe dat hij zelfs tot zijn eigen schilderijen een fictionaliserende houding aannam, met een hoogtepunt in de serie Betrothal (‘Verloving’). Hij maakte deze werken in het jaar voor zijn overlijden, en baseerde zich op schilderijen en tekeningen van een jaar eerder die verloren waren gegaan in een atelierbrand. Hij schilderde uit zijn herinnering, niet langer naar een tekening, een foto of een landschap zoals voordien. Het resultaat is een uitgekiende abstracte compositie van vrije vormen die zowat alle formele thema’s uit zijn eerdere werken samenbrengt.

De opeenstapeling van al deze fictieve dialogen en relaties maakt Arshile Gorky: a retrospective tot een beladen tentoonstelling met talloze persoonlijke referenties, verhaallijnen en schijnmanoeuvres. Met 120 schilderijen, van Gorky’s vroege werk als jonge twintiger tot de schilderijen in de maanden voor zijn zelfmoord, is ze daarenboven erg uitgebreid. De grote schaal en de gelaagdheid van de tentoonstelling maken dat de informatie voor de bezoeker niet altijd even toegankelijk is. Zonder twijfel zijn er verhaallijnen of interessante formele referenties die aan de toeschouwer voorbijgaan. In de tentoonstelling van Kandinsky twee jaar geleden werd dat opgevangen door te focussen op de formele evolutie in zijn werk uit een bepaalde periode van zijn leven. De curatoren van de Gorky-retrospectieve hebben daarentegen gekozen voor een uitgebreid overzicht zonder specifieke focus, alsof ze ervan uitgegaan zijn dat Gorky’s kunsthistorische positie zowat zijn hele oeuvre interessant maakt. Dat is wellicht ook zo vanuit een Amerikaans perspectief, waar hij zoals gezegd een founding father is in de moderne nationale kunstgeschiedenis. Maar in een Europese context lijkt een deel van het tentoongestelde oeuvre eerder een interessante commentaar op de ontwikkelingen die Kandinsky of Picasso maakten, dan de ‘extraordinary contribution of a seminal figure in Abstract Expressionism’ waar het persdossier het over heeft. De fundamentele verschuivingen naar een grotere onafhankelijkheid en een lossere stijl (de elementen die zijn werk tot voorloper van het abstract expressionisme maken) komen pas laat in Gorky’s werk en in de tentoonstelling naar voor. Door meer te focussen op de cruciale werken in die periode, ten koste van de eerdere ontwikkelingen, was Arshile Gorky: a retrospective wellicht een even memorabele ervaring geworden als de retrospectieve van Kandinsky.

 

Arshile Gorky: a retrospective loopt tot 3 mei 2010 in Tate Modern, 53 Bankside, London SE1 9TG (020/7887.8752; www.tate.org.uk).